zaterdag 30 november 2013

Odette

Ik won een boek met de niet veel goeds belovende titel ‘Wat Odette niet vertelde (maar James allang wist)’. Het is een verhaal over drie donkere vriendinnen die in de jaren vijftig opgroeiden in het zuiden van de Verenigde Staten, waar rassenhaat aan de orde van de dag is. Het verhaal speelt zich nu af, nu de vrouwen al wat ouder zijn, maar de schrijver blikt veelvuldig terug om hun ontwikkeling te laten zien. Hij weet de spanning te doseren en verstaat de kunst om veel verschillende mensen op te voeren zonder dat dit  verwarrend wordt. Op het eerste gezicht lijkt het vooral een luchtig verhaal, maar het raakt toch een paar wezenlijke thema’s.  

Ten eerste is er natuurlijk het racisme, wat onder meer verbeeld wordt in de onmogelijke verhouding van een van de drie met een blanke jongen. De sociale druk drijft hen uit elkaar wat vergaande consequenties heeft in hun beider levens. Ook maken de vriendinnen de dag van de moord op Martin Luther King bewust mee. Dat zet de verhoudingentussen blank en zwart weer op scherp.


Ook vriendschap is een groot thema. Odette, de gewiekste van de drie, merkt op een bepaald moment op dat ze maar voor elkaar zitten te zorgen zonder de werkelijke problemen te benoemen. Ze probeert dit af en toe te doorbreken tot op haar vermeende sterfbed aan toe.

Maar ook ziekte, jaloezie, overspel, liefde en moord worden in dit verhaal aangeroerd. De schrijver doet dit op een geloofwaardige manier en weet de onderlinge tegenstellingen en strubbelingen binnen de gemeenschap en tussen de vriendinnen levensecht onder woorden te brengen. Het is een leesbaar en onderhoudend verhaal, dat meer te bieden heeft dan wat je op grond van de titel en cover zou denken. Het heeft inhoud, maar voorziet helaas wel in een onnodig happy end.  

zondag 24 november 2013

De beslissing

Britta Böhler is advocaat en heeft in de politiek gezeten. Na enkele publicaties over rechtspraak heeft zij nu haar romandebuut gemaakt. Hierin volgt zij in 1936 drie dagen lang het leven van Thomas Mann. Hij staat in die tijd voor de moeilijk keus om zich al dan niet uit te spreken tegen het regime van Hitler. De lezer wordt meegenomen in zijn twijfels en zijn dagelijkse levensgang tijdens zijn verblijf in Zwitserland.

De schrijfster heeft ervoor gekozen het op waarheid gebaseerde verhaal een roman te noemen, wat haar meer vrijheid gaf om het verhaal van Mann kleur te geven. In zijn dagboeken heeft Thomas Mann het niet over de open brief die hij uiteindelijk naar een Zwitserse krant stuurt. Dit boek lijkt daarmee in een lacune te voorzien. Vanuit het buitenland is dan ook al veel interesse getoond voor de uitgave ervan.   

Mann wordt neergezet als een man met een kwetsbare gezondheid die zeer gehecht is aan orde en structuur. Als hij met zijn vrouw een tripje naar Zwitserland maakt, blijken ze door de situatie in hun thuisland Duitsland, niet naar huis te kunnen. Terwijl Thomas Mann nog lang uitgaat van hun terugkeer naar Duitsland, heeft zijn vrouw een reëlere visie en overtuigt ze hem ervan dat ze een vaste verblijfplaats in Zwitserland moeten zoeken. Enkele bezittingen kunnen nog worden overgebracht. De rest vormt een pijnlijk gemis voor Mann, naast het gemis van een zeker comfort.

Het Duitsland van toen in de gedachten van Mann: ‘De brute en reactionaire krachten hebben een verbond gesloten met alles wat vijandig staat tegenover intellect en cultuur, een duivels verbond van angst en verbittering. (…) In de verste verte valt er niets groots of nobels te ontwaren.’ De rationele gedachten van Mann komen meer naar voren dan zijn gevoelens tijdens zijn moeilijke beslissing. Hiermee lijkt het meer een boek geworden over de tijd van de macht van Hitler dan over de persoon van Thomas Mann zelf. Hij denkt en twijfelt veel in het verhaal, maar komt niet echt over als een mens van vlees en bloed. Het tijdsbeeld is wel sterk, met veel typerende details.
Frappant detail is dat Mann uiteindelijk zelf terecht kwam in het Zwitserland dat het decor had gevormd voor zijn roman ‘De toverberg’. Over de onmogelijkheid van terugkeer naar Duitsland schrijft Britta Böhler: ‘Zijn heimwee is een pijn  in de tijd, niet in de ruimte, en in Duitsland blijven had daar niets aan veranderd.’ Zijn thuisland is zijn thuisland niet meer. Een indrukwekkend boek over een historisch moment.    

zondag 17 november 2013

Handel in veren

‘Handel in veren’ is de laatste roman die Rascha Peper in haar leven af heeft kunnen ronden. Oorspronkelijk had ze voor ogen dat dit een deel van een groter geheel zou gaan vormen, maar de tijd ontbrak haar daarvoor. Aan sommige aanzetjes kun je merken dat deze roman de gelegenheid bood om er een nog uitgebreider verhaal van te maken. Bij aanvang van het project was ze heel enthousiast over de ontdekking van het op zo’n manier te schrijven dat ze de lezer zo min mogelijk bij de hand neemt en hem zelf conclusies te laten trekken. Ze kiest hiervoor een bijzondere vorm.

Ieder hoofdstuk heeft een hoofdpersoon, een plaats en een tijd die in de titel ervan genoemd worden. Zo leer je als lezer steeds andere personages kennen. Deze hebben in eerste instantie zo weinig verband met elkaar dat het aparte verhalen lijken. Zo lees je het ene moment over een vogelkenner in Nieuw Guinea eind jaren vijftig en het volgende over een meisje dat anno nu naar haar oma gaat in Bilthoven. Langzamerhand krijgt de lezer een idee van hoe de personages onderling verbonden zijn en begint het  verhaal als geheel te leven.
Rascha Peper weet in elk subverhaal een zekere spanning op te bouwen. Als lezer kun je dan naar het vervolg van juist dat deel verlangen, terwijl het boek eerst doorgaat met een ander deel. Met deze cliffhangers houdt ze haar lezers in de greep. Ze doseert de kennis van de lezer heel goed over de verschillende verhalen en vertelt niets te veel.  

De schrijfster heeft zich uitgebreid verdiept in de vogelkunde om de expeditie van de ornitholoog in Nieuw Guinea geloofwaardig neer te kunnen zetten. Maar niet alleen de harde feiten tellen in haar verhaal, maar vooral ook de beweegredenen van haar personages. Zo voelt de vogelkenner zich nergens echt thuis; thuis heeft hij moeite met alle plichtplegingen en op expeditie wordt hij moe van het constant onder de mensen verkeren. Zijn levensdoel is een uitgestorven gewaande vogel ontdekken en als dit niet lukt, houdt het voor hem op. Ook het meisje en haar oma hebben hun eigen geheimen en drijfveren in hun leven.  
Al met al is het een divers boek geworden dat nieuwsgierig maakt naar wat het was geworden als de schrijfster meer tijd was gegund. Maar nu toch een interessant boek, waarvan ze zelf zei dat het haar beste is.

zondag 10 november 2013

Mélodie d’amour

Margriet de Moor zet met haar laatste boek vooral een sfeer neer. Een sfeer waarin liefde allesbepalend is, maar waarin sommige ongelukkige situaties ook onafwendbaar zijn. Het gaat over liefdes tussen minnaars, tussen echtgenoten, maar ook over de liefde tussen broer en zus. Over  hoe verschillende liefdes naast elkaar kunnen bestaan en elkaar versterken en hoe ze mensen uit elkaar kan drijven. En hoe ziekte en dood een mensenleven kunnen bepalen. Het boek gaat dus over het hele leven.

Maar het is niet echt een verhaal. Het zijn meer een paar portretten. Luuk vormt hierin de centrale persoon. In het eerste deel komen zijn ouders in beeld. Een jong gelukkig stel met vier zoons. Totdat de moeder een vrouwelijke huurder in huis haalt, waarmee ze achteraf bezien haar eigen ongeluk binnen heeft gehaald. Ze wordt ziek en wil haar man nooit meer zien. De manier waarop De Moor dit portret beschrijft is een kunst. Ze doet dit bijna terloops, terwijl het toch om grote thema’s gaat.

Het tweede portret gaat in op de minnares van de, inmiddels getrouwde, Luuk, door de schrijfster ‘zijn jammerlijk stuk vrouwmens’ genoemd. Het is een enigszins onevenwichtige vrouw die bij de eerste aanblik op hem valt en hem, ondanks haar zogenaamde verlegenheid, weet te strikken. Als het  uiteindelijk toch niet loopt zoals ze had gewild, lijkt ze in staat hem te doden.

Het derde portret biedt een blik op de minnares en haar broer. Ze verliezen op jonge leeftijd hun ouders en zijn al vroeg zelfstandig geworden. Hun onderlinge liefde is heel sterk. Als zij een beste vriendin krijgt, wordt dit de vriendin van haar broer, zonder dat dit tot scheve gezichten leidt. Als ze uiteindelijk ook haar broer verliest aan de dood, vlucht ze zo snel mogelijk een huwelijk in, dat niet lang stand houdt.

Tot slot lezen we het verhaal bam Myrte, de vrouw van Luuk. Ook zij heeft haar eigen zoektocht in de liefde en voelt een enorme hartstocht voor de vader van haar vriendin. Als je het zo allemaal op een rijtje zet, lijkt het een onwaarschijnlijk verhaal. Toch is dat niet zo. Margriet de Moor weet alles levensecht te verwoorden en grijpt de onderlinge verbanden van de hoofdpersonen aan om een beeld te geven van de diverse gedaantes die de liefde kan aannemen.
De tijd verstrijkt gedurende het boek van de jaren vijftig vorige eeuw tot het heden. Ook de plaatsen waar de personages zich bevinden veranderen. Het is symbolisch dat de een baggeraar is, de ander archeoloog en de volgende docent klassieke talen. Het leven gaat tenslotte ook om het ploeteren in de modder en het duiden van het gebeurde. Het boek is een mooie aaneenschakeling van portretten in een meanderende verteltrant.  

zaterdag 2 november 2013

Mijn leven is mooier dan literatuur

‘Mijn leven is mooier dan literatuur’ vormt de aantrekkelijke titel van een filosofisch getint verhaal van Jannah Loontjens. Helaas wordt de titel al in het voorwoord ontkracht doordat de schrijfster gelijk zegt dat het leven en literatuur niet te scheiden zijn. Lezen vormt voor haar een wezenlijk onderdeel van het leven. Dat dit niet voor iedereen geldt blijkt later in het boek, als een man de boektitel bezigt om te rechtvaardigen dat hij nooit leest.

Loontjens geeft aan dat het voor haar na haar promotie op het gebied van de literatuur een verademing is om in dit boek juist ook haar persoonlijke ervaringen te kunnen gebruiken. Ervaringen die toch als een voedingsbodem voor haar wetenschappelijke werk hebben gefungeerd, maar vanwege hun subjectieve karakter onbenoemd zijn gebleven.
Het persoonlijke maakt haar boek prettig leesbaar; je kunt als lezer makkelijk met haar gedachtegangen laten meevoeren. En toch betreffen dit geen ongefundeerde gedachten, gezien de verwijzingen naar diverse literaire werken, maar ook naar secundaire literatuur en zelfs muziek.

Al vragend naar het hoe en waarom behandelt de schrijfster enkele essentiële vragen binnen het schrijverschap. Interessant voor gevestigde , maar vooral ook voor beginnende schrijvers. Zo heeft ze het over de eeuwige twijfel van de schrijver bij het begin van een verhaal die hem totaal kan blokkeren. Ook bij het einde van een verhaal komt een dergelijke twijfel weer opduiken. Zelf krijgt ze het benauwd als haar boek is gedrukt: zal het te licht bevonden worden?
Ze gaat in op de aard van het lezerspubliek dat je als schrijver nastreeft. Zelf heeft ze eens getwijfeld aan mogelijke aandacht via de Libelle. Zou dit afbreuk doen aan haar boek? Toch heeft ze ervoor gekozen met het idee dat haar lezerspubliek daardoor alleen maar vergroot zou worden. Maar je weet natuurlijk nooit of er ander publiek juist door afhaakt.

Ze zet kritische kanttekeningen bij het zogenaamde literaire publiek, want bestsellers kunnen ook literair zijn en massale aandacht is niet inherent aan slechte kwaliteit. Zo tipt ze ook het eeuwige onderscheid tussen fictie en autobiografie aan, waartussen de scheidingslijn niet heel eenduidig te trekken is. Verder is in haar optiek een makkelijk leesbaar boek vaak juist grondig gecomponeerd. De veelgenoemde stream of consciousness is dan ook niet de gedachtegang van de schrijver, maar betreft de associaties van het personage. Ook gaat ze in op de schrijver als zijn eigen reclamemaker; de hedendaagse schrijver heeft een publiek ik.
Al met al een interessant boek dat vele vragen opwerpt en overdenkt. Met tal van verwijzingen om desgewenst verder te lezen.