De titel van de tweede roman (2012) van Erik Jan Harmens klinkt hilarisch
en dat is het verhaal dan ook. De schrijver voert een ‘gewone man’ ten tonele
die zichzelf een geboren organisator vindt; hij is al twee keer
ceremoniemeester geweest. Een schimmig verzoek aan hem, afkomstig van een
Aziaat in zijn achtertuin, om de
Olympische Spelen van 2012 in Nederland en België te organiseren, neemt hij bijzonder
graag aan. Nu kan hij van zijn hobby zijn werk maken! Dat Erik Jan Harmens zelf
werkzaam is als Head Corporate
Storytelling is te merken in zijn manier van schrijven. Hij weet treffende
plaatjes te schetsen van de situaties waar Ron van Dijk, de hoofdpersoon,
terecht komt.
Met het nodige vakjargon uit de managementwereld gaat Ron van Dijk zijn nieuwe opdracht te lijf. Zijn mensen werken zoveel mogelijk decentraal in zelfsturende teams om de kosten van de overhead laag te houden. Hij heeft een Personal Assistent in de vorm van zijn afgekeurde schoonzus, die kritisch meedenkt, dingen regelt en als klankbord functioneert. En het ook zegt als ze na een hoop mailtjes verzenden heel erg moe is. Van Dijk houdt nogal van een beloning in de vorm van alcohol die hem uiteindelijk parten zal gaan spelen.
Als de voorzitter van het Olympisch Comité lastige vragen stelt over de voortgang van het bouwen van accommodaties, realiseert Ron van Dijk zich dat hij eigenlijk helemaal geen zicht heeft op de vorderingen van zijn teams. Ook een vakbondsleider maakt het hem moeilijk met eisen van de werknemers. Hij concentreert zich op een bepaald project om ‘een momentum’ te creëren voor de overige projecten. Zo komt het dat hij op zeker moment ook zelf bezig is met het trekken van strepen op een hardloopbaan.
Het is een komisch verhaal met stevige speldenprikken naar de opgeklopte manier waarop bepaalde managers hun vak benaderen. Het grappige is dat het vertellen van bedrijfsverhalen waarin de schrijver zelf grossiert, evengoed gebakken lucht kan zijn. Hij kan dit verhaal dus heel goed vertellen.
Met het nodige vakjargon uit de managementwereld gaat Ron van Dijk zijn nieuwe opdracht te lijf. Zijn mensen werken zoveel mogelijk decentraal in zelfsturende teams om de kosten van de overhead laag te houden. Hij heeft een Personal Assistent in de vorm van zijn afgekeurde schoonzus, die kritisch meedenkt, dingen regelt en als klankbord functioneert. En het ook zegt als ze na een hoop mailtjes verzenden heel erg moe is. Van Dijk houdt nogal van een beloning in de vorm van alcohol die hem uiteindelijk parten zal gaan spelen.
Als de voorzitter van het Olympisch Comité lastige vragen stelt over de voortgang van het bouwen van accommodaties, realiseert Ron van Dijk zich dat hij eigenlijk helemaal geen zicht heeft op de vorderingen van zijn teams. Ook een vakbondsleider maakt het hem moeilijk met eisen van de werknemers. Hij concentreert zich op een bepaald project om ‘een momentum’ te creëren voor de overige projecten. Zo komt het dat hij op zeker moment ook zelf bezig is met het trekken van strepen op een hardloopbaan.
Het is een komisch verhaal met stevige speldenprikken naar de opgeklopte manier waarop bepaalde managers hun vak benaderen. Het grappige is dat het vertellen van bedrijfsverhalen waarin de schrijver zelf grossiert, evengoed gebakken lucht kan zijn. Hij kan dit verhaal dus heel goed vertellen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten