zaterdag 19 augustus 2017

Zeg mijn lezers dat ik doorschrijf

In de bibliotheek kwam ik een boek tegen dat ik jaren geleden op mijn lijstje had staan, het boek van Joris van Casteren over schrijvers die het niet meer lukte om nog een volgend boek uit te laten geven. Ik las het alsnog. De titel ‘Zeg mijn lezers dat ik doorschrijf’ is een uitspraak van een van de voor dit boek geïnterviewde schrijvers. Van Casteren sprak hiervoor eenentwintig schrijvers van na de oorlog tot 2000 die aanvankelijk succesvol waren, maar gaandeweg in de vergetelheid raakten. Van slechts drie ervan heb ik ooit iets gelezen. Ook komen soms schrijvers om de hoek kijken die nu nog steeds succesvol zijn, als vriend of familie van de geïnterviewden. Jaloezie en wrok zijn nooit ver weg. Maar ook gelatenheid is een optie na een gestrande schrijverscarrière.

Aanvankelijk lijkt het een beetje een freakshow te worden, maar uiteindelijk is het toch een lezenswaardige terugblik van gewezen succesvolle schrijvers. Sommigen zijn in een ander beroep terechtgekomen zoals in de reclame, vertaler van gebruiksaanwijzingen of postbode. Afhankelijk van hoe het leven verder gelopen is, zitten enkelen er nu warmpjes bij, terwijl anderen het niet breed hebben. Op een of andere manier is in de schrijfstijl van Van Casteren in dit boek de ironie toch nooit ver weg. Ik vraag me dan ook af of de geïnterviewden vooraf inzage hebben gehad in het uiteindelijke verhaal.

Sommige schrijvers schrijven door, voor zichzelf of voor uitgave in eigen beheer. Anderen zien geen meerwaarde van schrijven nu er geen publiek meer voor hen is. Als het wantrouwen, de boosheid en de verontwaardiging over hoe het is gelopen de overhand nemen, is het leven niet meer zo prettig. Dit geldt natuurlijk niet alleen voor gewezen schrijvers. Dat is het mooie van dit boek, het gaat over mensen en hoe zij omgaan met hoe hun leven verloopt. En dat juist schrijvers vaak een hang naar het duistere hebben maakt het des te interessanter.      

Geen opmerkingen:

Een reactie posten