vrijdag 25 mei 2018

Beminnen


In de serie Nieuw Licht, een initiatief van Frank Meester en Coen Simon, komen in kleine boekjes actuele thema’s aan bod die vanuit filosofisch perspectief worden bekeken. Telkens een ander thema, telkens een andere hedendaagse denker aan het woord. Zo schreef Bas Heijne onlangs over onbehagen, Marja Pruis over eigenliefde en Joke Hermsen over de kracht van verbeelding. Nu is Marli Huijer gevraagd om haar licht te laten schijnen over de waarde van de erfenis van de seksuele revolutie uit de zestiger jaren. Is het inderdaad een bevrijding geweest of is het een onder het mom van vrijheid opgedrongen normenstelsel, zoals Foucault al oppert in De Geschiedenis van de seksualiteit (1976)?

Strijdbaar gaat Marli Huijer dit thema te lijf zonder haar eigen vooroordelen te schuwen. Als ze tijdens een lezing in Berlijn een van oorsprong Oost-Duitse vrouw ontmoet die aangeeft fel tegen het homohuwelijk te zijn, voelt ze weerstand tegen haar ouderwetse opvatting en gaat er hard tegenin door het simpelweg te veroordelen. Later vraagt ze zich af wat de westerse visie op dit thema eigenlijk boven andere visies stelt en waar haar democratische zin tot discussie op dat moment was gebleven.

In het vervolg van haar betoog gaat ze verder in op de vaak vermeende superioriteit van het westen. Ze stelt zinnige vragen zoals of het homohuwelijk wel zo’n teken van emancipatie is. Misschien eerder het halen van een gelijk ten opzichte van de hetero’s, waarvan maar de vraag is of ze van dat hele huwelijk nu wel zo gelukkig worden. En waarom dit als wapenfeit wordt gebruikt voor vrije westerse landen. En niet alleen door een PVV die het goed uitkomt om dit in te zetten tegen mensen die van buiten Nederland komen, maar door heel de politiek. Die bewering gaat ver, maar ze onderbouwt hem goed. Dan is de zogenaamde seksuele vrijheid niet langer een mooie verworvenheid, maar een instrument om je eigen systeem superieur te maken.

Ook het zogenaamde kleur bekennen of uit de kast komen qua seksuele voorkeur heeft volgens Huijer negatieve consequenties. Hiermee schaart ze zich achter Foucault. Namelijk dat mensen zich door de samenleving verplicht voelen zich te bekeren tot één bepaalde identiteit zonder daar ooit van af te kunnen wijken. Ze vraagt zich af waarom je niet gaandeweg andere ontdekkingen zou kunnen doen buiten je eigen hokje. Wat ze heel mooi doet is mensen buiten de cliché hokjes plaatsen, op een moment dat je als lezer al onbewust hun geslacht of etniciteit had ingevuld. Ze eindigt in stijl in haar dankwoord: Ook tegenspraak hoort bij de liefde.            

Geen opmerkingen:

Een reactie posten