zaterdag 2 november 2013

Mijn leven is mooier dan literatuur

‘Mijn leven is mooier dan literatuur’ vormt de aantrekkelijke titel van een filosofisch getint verhaal van Jannah Loontjens. Helaas wordt de titel al in het voorwoord ontkracht doordat de schrijfster gelijk zegt dat het leven en literatuur niet te scheiden zijn. Lezen vormt voor haar een wezenlijk onderdeel van het leven. Dat dit niet voor iedereen geldt blijkt later in het boek, als een man de boektitel bezigt om te rechtvaardigen dat hij nooit leest.

Loontjens geeft aan dat het voor haar na haar promotie op het gebied van de literatuur een verademing is om in dit boek juist ook haar persoonlijke ervaringen te kunnen gebruiken. Ervaringen die toch als een voedingsbodem voor haar wetenschappelijke werk hebben gefungeerd, maar vanwege hun subjectieve karakter onbenoemd zijn gebleven.
Het persoonlijke maakt haar boek prettig leesbaar; je kunt als lezer makkelijk met haar gedachtegangen laten meevoeren. En toch betreffen dit geen ongefundeerde gedachten, gezien de verwijzingen naar diverse literaire werken, maar ook naar secundaire literatuur en zelfs muziek.

Al vragend naar het hoe en waarom behandelt de schrijfster enkele essentiële vragen binnen het schrijverschap. Interessant voor gevestigde , maar vooral ook voor beginnende schrijvers. Zo heeft ze het over de eeuwige twijfel van de schrijver bij het begin van een verhaal die hem totaal kan blokkeren. Ook bij het einde van een verhaal komt een dergelijke twijfel weer opduiken. Zelf krijgt ze het benauwd als haar boek is gedrukt: zal het te licht bevonden worden?
Ze gaat in op de aard van het lezerspubliek dat je als schrijver nastreeft. Zelf heeft ze eens getwijfeld aan mogelijke aandacht via de Libelle. Zou dit afbreuk doen aan haar boek? Toch heeft ze ervoor gekozen met het idee dat haar lezerspubliek daardoor alleen maar vergroot zou worden. Maar je weet natuurlijk nooit of er ander publiek juist door afhaakt.

Ze zet kritische kanttekeningen bij het zogenaamde literaire publiek, want bestsellers kunnen ook literair zijn en massale aandacht is niet inherent aan slechte kwaliteit. Zo tipt ze ook het eeuwige onderscheid tussen fictie en autobiografie aan, waartussen de scheidingslijn niet heel eenduidig te trekken is. Verder is in haar optiek een makkelijk leesbaar boek vaak juist grondig gecomponeerd. De veelgenoemde stream of consciousness is dan ook niet de gedachtegang van de schrijver, maar betreft de associaties van het personage. Ook gaat ze in op de schrijver als zijn eigen reclamemaker; de hedendaagse schrijver heeft een publiek ik.
Al met al een interessant boek dat vele vragen opwerpt en overdenkt. Met tal van verwijzingen om desgewenst verder te lezen.   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten