Wat je even tussendoor doet, is niet helemaal echt, niet serieus. Het is even
goed voor het moment. Je komt er later op terug, dan doe je het goed, maak je
het beter en af. Later, als je tijd hebt, ooit, een keer. Maar wat als dat
moment nooit aanbreekt? En je alsmaar achter de feiten aanloopt en nooit iets
daadwerkelijk tot een goed einde brengt? ‘In the meantime life goes on, ticking like a
mean time bomb’, zong Astrid Seriese al. Alles
in de tussentijd doen leidt tot een onbevredigend leven. Want nooit is iets
echt af en kun je er met trots naar kijken. Al je ondernemingen blijven
halfslachtig.
Maar het kan ook anders uitpakken. Want soms blijkt hetgeen je in de tussentijd
hebt gedaan, veel beter geworden dan gedacht. Een gedicht, een verhaal. Je
schreef het even tussendoor. En bij nalezing, na er een tijd geen aandacht aan
te hebben besteed, verbaas je jezelf. Tijdens het schrijven in de tussentijd legde
je de lat niet hoog, wat het makkelijker maakte. Geen strenge zelfcensuur, geen
hoge verwachtingen. En nu, zie daar, het gedicht is bijna klaar.
Zo schreef Esther Gerristen eens een compleet boek. Niet dat ze er niet meer
aan hoefde te schaven, maar de basis had ze onbewust telkens tussendoor geschreven.
Losse aantekeningen aan elkaar geregen. Pas achteraf toen het zo goed als een
geheel was, realiseerde ze zich dit. Toen was ze blij met het resultaat. Zo kan
het dus ook! Maar dan moet je wel Esther Gerritsen heten…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten