zondag 29 mei 2016

De stilte van het licht

In ‘De stilte van het licht’, dat zijn laatste boek zou blijken te zijn, werpt Joost Zwagerman een persoonlijke blik op beeldende kunst en literatuur. Zijn zoektocht naar het niets, de leegte, het verdwijnen en het alomvattend zwart, lijkt achteraf gezien op een voorafschaduwing van zijn zelf verkozen dood. Toch is het ook een verhaal van verwondering, nieuwsgierigheid en passie voor kunst. Een verhaal vol van leven. Maar hij stapte eruit.

Was het het verlangen te verdwijnen of de angst voor de diepte die nog komen zou? Geloofde hij in een serene staat van zijn na de dood? We weten het niet. Vast staat dat we een groot schrijver moeten missen, die zowel fictie als non fictie schreef en een schat aan kennis in zich droeg en deze op een verhelderende manier onderling wist te verbinden. Zoals Laurie Anderson al zong: 'When my father died it was like a whole library burned down.' Zo voelt het verlies van Zwagerman ook. In zijn boek heeft hij het over de tweede dood van een kunstenaar. Die vindt plaats na zijn fysieke dood op het moment dat zijn werk niet langer gelezen of gezien wordt. Laten we afspreken dat we dan in elk geval zijn tweede dood niet laten gebeuren, zo lang we leven.

Toen ik aan dit stukje begon, beschouwde ik het als korte inleiding op een nog te schrijven gedicht over leven en dood, zwart en wit, stilte en afwezigheid, in de sfeer van Zwagermans afscheidsboek. Maar het korte stukje werd wat langer en het vermoeden rees dat het gedicht van clichés aan elkaar zou hangen. Vandaar dit korte lange stukje en de oproep om vooral, als je het nog niet gedaan hebt, ‘De stilte van het licht’ te lezen. Het neemt je mee in de rijke binnenwereld van Zwagerman, het veelzijdige verhaal dat hij ons als laatste heeft willen vertellen. Een eigenzinnig verhaal met een fatale conclusie. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten