zaterdag 14 mei 2016

Winter in Gloster Huis

Vonne van der Meer schreef met ‘Winter in Gloster Huis’ een mooi verhaal over het zo goed als verworven recht op euthanasie. Hoe zeker weten mensen dat ze klaar zijn met leven? Is er niet iets heel kleins dat hen voor de wereld kan behouden? Mag je in het hele traject nog twijfelen? Moet de samenleving niet meer zijn best doen om het goed te maken, ook voor ouderen? Het complete ethische dilemma ontvouwt zich in haar verhaal.

Vonne van der Meer voert twee broers op. Richard, de oudste, altijd de baas, en Arthur, de jongste, die met enig ontzag voor de ander zijn eigen weg probeert te gaan. Als ze onverwacht een grote erfenis krijgen, wil Richard een huis beginnen waar mensen die klaar zijn met leven rustig kunnen sterven. Dit gaat tegen het gevoel van Arthur, die arts is, in. Hij komt met een tegenhanger, een huis voor vermeende twijfelaars, Gloster Huis.

Noor wordt na haar vermeende doodspil wakker in Gloster Huis waar alles wit is en vredig en waant zich in een voorportaal van de hemel. Arthur vraagt een Turkse man uit het huis van zijn broer om Noor gezelschap te houden. Een onwereldse tijdloosheid heerst in het huis en langzaam dringt de realiteit tot Noor door.

De schrijfster laat de euthanasie gangbaar zijn en het tegen hun wens in leven houden illegaal. Want is het niet net zo betuttelend als een arts die het niet reanimeren negeert omdat hij nu eenmaal mensenlevens moet redden? Toch staat Van der Meer duidelijk aan de kant van Arthur. Uiteindelijk groeien beide huizen, elk aan de kant van een meer, naar elkaar toe. De scheidslijn  tussen beide wordt minder hard. Er is ruimte voor twijfel maar ook voor een einde aan het leven, hoe dan ook.

Het is een verhaal met een actueel thema, dat de schrijfster mooi heeft ingebed in de nodige symboliek. Ze vertelt in een eenvoudige maar pakkende stijl die je meeneemt naar een positief einde. Een ander geluid in de euthanasiediscussie, dat ook gehoord mag worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten